We hebben het monster in Seljord niet kunnen vinden en zijn hierna vertrokken naar Flam. Dit was een spannende rit want we zijn hoge bergen over gegaan met haarspeldbochten en diepe dalen. Zo erg zelfs dat er rook van de remmen afkwam en de remschijven rood gloeiend waren. Ik had nog nooit met een automatische versnellingsbak in de bergen gereden dus afremmen op de motor was nog even uitvogelen hoe dat werkt. Inmiddels heb ik het onder de knie en remt de camper weer prima. In Flam stonden we 3 nachten op een terrassencamping met mooi uitzicht. Flam heeft een station en je kunt daar, volgens lonely planet, de mooiste treintocht in de wereld maken. Dat hebben we dus ook gedaan. Mooiste ? Mwaahw. Bergen, meren, watervallen, dalen that’s it. Hierna door naar een SVR camping gerund door Nederlanders in Haugvegen op camping Tubbehaugen. Hier hebben we een prachtige plek. Vlak naast een houten vlonder, bovenop de heuvel, verwijderd van de overige campinggasten. Je kunt op de camping naast wandelen en fietsen ook met een ezel gaan wandelen, vissen en zwemmen in hun eigen meer. Ik heb wel gevist maar voor zwemmen was het te koud. Het weer is hier niet zo best, bewolkt, regen en maar zo’n 12 graden. Wegwezen dus. Als ik in de kou en regen wil zitten ga ik wel thuis zitten . Nu zittend op onze prive vlonder ben ik aan het nadenken hoe onze reis nu verder te gaan. Ik ben wel een beetje klaar met de Noorse kust. Uren rijden en nog niets verder komen. Ik had wat toeristische plekken opgezocht maar daar zijn weinig campings en als ze er zijn zijn ze (te) duur, te druk en met weinig faciliteiten. Van hieruit zouden we naar Ålesund kunnen, het “Venetië van het noorden”. Maar dit is weer aan de kust en uren rijden. Ik neig er meer naar om richting Zweden te rijden. Volgende week kunnen jullie lezen hoe we verder zijn gegaan en waar we dan zitten.
We could not find the monster in Seljord and then left for Flam. This was an exciting ride because we crossed high mountains with hairpin bends and deep valleys. So much so that smoke came off the brakes and the brake discs were red glowing. I had never driven with an automatic gearbox in the mountains before so braking on the engine was still a bit of figuring out how that works. By now I have mastered it and the camper brakes fine again. In Flam we spent 3 nights on a terraced campsite with a beautiful view. Flam has a station and you can, according to lonely planet, make the most beautiful train ride in the world there. So that’s what we did. Most beautiful? Mwaahw. Mountains, lakes, waterfalls, valleys that’s it. Then on to an SVR campsite run by Dutch people in Haugvegen at camping Tubbehaugen. Here we have a beautiful place. Right next to a wooden deck, on top of the hill, away from the other camping guests. In addition to walking and cycling, you can also go hiking, fishing and swimming in their own lake with a donkey on site. I did fish but it was too cold for swimming. The weather here is not so good, cloudy, rain and only about 12 degrees. So let’s go. If I want to sit in the cold and rain, I will sit at home. Now sitting on our private deck I am thinking about how to continue our journey. I’m kind of done with the Norwegian coast. Hours of driving and nothing further. I had looked up some tourist spots but there are few campsites and when they are there they are (too) expensive, too busy and with few facilities. From here we could go to Ålesund, the “Venice of the North”. But this is weather on the coast and hours away. I’m leaning more towards driving towards Sweden. Next week you can read how we have moved on and where we are.